Al heel jong worden we geconfronteerd met rolmodellen; het kan zijn dat je ‘later’ met je vader wilde ’trouwen’ omdat hij zo sterk en stoer was en alles kon of dat je helemaal dol was op je moeder omdat zij zo lekker rook en heerlijk met je knuffelde. Misschien zijn je opa en oma jouw grootste maatjes geweest of je oom of tante. Deze mensen maken een grote indruk op je als je heel jong bent. Zowel positief als negatief.

Dan wordt je wereldje groter en ga je de eerste stapjes daarbuiten zetten, vriendjes, de juf of meester van de peuterspeelzaal vullen je dag en zo langzamerhand rol je de basisschool binnen.

Kinderen doen mee met de Voice kids en staan als kleine mini-me’s hun idolen na te doen. K3 zingt ook lekker mee en jongetjes rennen achter een bal aan in een voetbalshirt met de namen Ronaldo, Suarez of Zidane op hun rug gedrukt. Er zijn kinderen die dol zijn op de natuur en dieren, die een muziekinstrument gaan bespelen goed kunnen schaken of alles willen weten over de ruimtevaart.

Op de middelbare school wordt je ‘peer group’ het belangrijkst. Je maten of vriendinnen met wie je een vier jaar of langer, lief en leed gaat delen. Daar doe je je inspiratie op, je wereldbeeld wordt langzaamaan gevormd. Ouders verdwijnen een beetje naar de achtergrond en worden die stem die blijft bijsturen “Kom je wel op tijd, heb je alles bij je, wie is die jongen die jou net thuisbracht, heb je weleens geblowd?” Of ze zijn met zichzelf bezig en laten je ‘lekker vrij’ in de hoop dat het allemaal wel goed gaat komen.

Ook (film) sterren zijn een inspiratie; de laatste fim met Leo di Caprio of het album van Justin Bieber of Nicki Minaj streamen. Of die ruimtevaarder die is afgereisd naar de maan en een lezing geeft in de aula, daar wil je graag bij zijn. En er zijn jongeren die al vroeg weten dat ze een bijdrage willen leveren aan het oplossen van problemen met het milieu of dat ze graag met kinderen of dieren willen werken. De adoloscentiefase is vormend en avontuurlijk, alles lijkt mogelijk, de wereld ligt open.

Veel jongens voelen zich ook geïnspireerd door de onderwereld, een wereld waarin de code is om er altijd voor elkaar te zijn als ‘bloedgabbers’ om elkaar niet te ‘snitchen’ als het te heet wordt onder je voeten en je af te zetten tegen iedereen die zich tegen jou of je maten keert. Het kan een geïdealiseerd denkbeeld zijn, soms ontaardt het in daden. Kruimeldieven die weleens wat stelen uit de supermarkt of een scooter helen. Wat wiet kopen van iemand die wel de coffeeshop in mag of het zelf doorverkopen. De meeste jongeren groeien wel uit zo’n fase een kleine 10 procent blijft erin hangen.

Het schijnt dat jongeren en jongvolwassenen, en dat zijn er best veel, hun inspiratie halen uit de film Scarface een misdaadklassieker uit de jaren ’80 met in de hoofdrol Al Pacino. Scarface is een onderwereldfiguur, een drugsdealer die voor niets of niemand terugdeinst en zich van de grond af heeft ‘opgewerkt’ en gevreesd wordt door vriend en vijand. Uiteindelijk legt hij zelf het loodje maar hij heeft volgens veel jongens wel ‘groots’ geleefd.

Bij invallen bij zware criminele bendes wordt bijna standaard de film Scarface gevonden. Veel mensen schijnen zich aangetrokken en geïnspireerd te voelen door Scarface en gaan ook over tot daden die grote gevolgen hebben, tot moord aan toe …
Je kan nu niet meer tegenwerpen ‘ach het is maar een film, vermaak’ blijkbaar is dat allang niet meer het geval en ik vraag me weleens af of Al Pacino, overigens een zeer gelauwerd acteur, hier niet van wakker ligt. Het is niet iets op trots op te zijn. Geen eerbare nalatenschap.

Waar laten we ons door en toe inspireren? Het is niet vrijblijvend met wie we omgaan en naar wie we luisteren. Het drukt zijn sporen in onze ziel en kan het ons levensweg bepalen. Alleen als je zelfinzicht hebt en kan relativeren, kan je door sommige dingen heen kijken en eraan voorbij gaan. Maar veel jongeren kunnen dat nog niet.

Jezus ging ook om met de marginalen; de hoeren, de pooiers, de oplichters, de leprozen. Hij ging die mensen zeker niet uit de weg, at met ze. Maar niet omdat hij verwachtte dat ze bleven wie ze waren, maar omdat hij zag dat ze openstonden voor een nieuwe weg, een nieuw leven.

Wie of wat inspireert jou? En weet je zeker dat dit goed voor je is?