Ze keek naar de krantenkoppen en de bijbehorende foto’s, een glimmende Roemer, een stralende Rutte en een zelfverzekerde Samsom. Mannen die een missie hebben en hiervoor willen gaan. Ze moeten sterk zijn en vooral niet te kwetsbaar overkomen, hier en daar flink uithalen om de tegenstander voor te blijven …
Politiek is niet haar ding, mensen moeten zelf en met elkaar hun problemen oplossen. En het landelijk bestuur zou eigenlijk, zo veel mogelijk aan de camera’s onttrokken, het werk moeten doen. Degelijk bestuurderswerk, in dienst van iedereen, vooral de zwakkeren … Geen mannetjesmakerij voor de media die op zoek zijn naar een scoop, een uitglijder, vervuld van sensatiezucht en oneliners uitvergrotend …
Was Jezus een politicus? Nee, hij werd er door enkele betweterige tijdgenoten op getest: zij gaven hem een munt en vroegen of er belasting betaald moest worden aan de Romeinse keizer, die toen regeerde over Palestina. Jezus zei: ‘Geef dan wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.’ Met andere woorden: het hield hem niet bezig. Hij propageerde geen partij, behalve dan het koninkrijk van God. Wat al onder ons is.
Toch zijn er drie christelijke partijen die zich beijveren voor een goede en rechtvaardige samenleving, is dit verkeerd? Nee. Maar of dit invloed heeft, is soms twijfelachtig. Iemand die gelooft, is als zout en waar die ook komt, daar geeft hij/zij (als het goed is) smaak en houdt het ‘bederf’ tegen. Dit bederf is al zoveel in de politiek doordrongen dat het de vraag is of de smaak van zout nog geproefd wordt.
Geef een antwoord
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.